Skip to content

Een sprankeltje hoop voor Melissa

Op de hoofdzetel van het Rode Kruis in Mechelen had vandaag, 12 december, een overleg plaats tussen vakbond en directie over het ontslag van Melissa Cowpe. “Aan het eind van de tunnel brandt een klein waakvlammetje.” Dat is wat een klein uur gesprek voorlopig opleverde.

Melissa werkte in een opvangcentrum voor vluchtelingen dat door het Rode Kruis wordt beheerd. De laatste vijf jaar was ze ook afgevaardigde bij de socialistische vakbond (BBTK). In juni dit jaar riep ze haar collega’s via een flyer op om op 20 juni, Wereldvluchtelingendag, deel te nemen aan een betoging voor een beter asielbeleid. Op de flyer plaatste ze de logo’s van het Rode Kruis en Fedasil. Een fout die het Rode Kruis prompt aanwendde om Melissa te ontslaan: “misbruik van het logo voor politieke doeleinden”.

De arbeidsrechtbank oordeelde daar anders over. Het gaat volgens haar niet om een zware beroepsfout en bovendien werd ze ook niet met kwade bedoelingen begaan. Het Rode Kruis ging tegen deze uitspraak in beroep, maar het hof deed opnieuw dezelfde uitspraak: het ontslag van Melissa is ongegrond.

Toch houdt het Rode Kruis voet bij stuk. Het ontslag blijft gehandhaafd, ook al moet het Rode Kruis daar nu een enorme ontslagvergoeding voor neerleggen. Een vergoeding die bovendien betaald zal worden met geld dat eigenlijk bedoeld is voor de opvang van vluchtelingen.

Het overleg in Mechelen leverde alvast een sprankeltje hoop op. De deur staat weer op een kier, maar het is nog lang niet duidelijk of Melissa opnieuw bij het Rode Kruis aan de slag zal kunnen. Nochtans zou ze niets liever willen. 

De halsstarrige houding van het Rode Kruis roept ernstige vragen op. Het lijkt er sterk op dat het Rode Kruis – toch een organisatie met nobele doestellingen – sterk geëngageerde en mondige werknemers als Melissa liever kwijt dan rijk is. Waarom negeert de directie tot twee keer toe de uitspraak van de rechtbank, die zegt dat de begane fout het ontslag niet rechtvaardigt? En hoe kan het Rode Kruis ethisch verantwoorden dat voor het behalen van het principiële gelijk een pak geld wordt betaald dat zo niet meer kan worden ingezet voor de maatschappelijke opdracht van de organisatie?

 

Foto PVDA-Mechelen