“In tegenstelling tot heel wat steden en gemeenten kiest Mechelen niet voor een publieke en op watersport gerichte zweminfrastructuur, maar voor een pretpark dat een stuk waardevolle natuur wegvreet en een nieuwe automagneet zal vormen. Voor een bestuur met Groen – dat zich presenteert als partij die zorgt voor natuur in elke buurt – is dit een treurige zaak.” Zo reageert PVDA-gemeenteraadslid Dirk Tuypens op het nieuws dat het stadsbestuur een vergunning verleent voor het waterpretpark van Plopsaqua in Mechelen-Zuid.
Zes jaar lang sleept het dossier al aan. Twee keer werd het hele plan teruggefloten en honderden Mechelaars dienden bezwaar in tegen het project.
“En al die Mechelaars hebben redenen genoeg om bezwaar aan te tekenen”, zegt Dirk Tuypens. “Voor dit pretpark moet immers een stuk van het waardevolle Zennebeemdenbos verdwijnen. Dat het stadsbestuur dat aanvaardt, is onbegrijpelijk. Je kan je als bestuur niet profileren als behoeder van de laatste stukjes kostbare natuur in de stad en tegelijk toestaan dat van die schaarse natuur nog eens stukjes weggeknipt worden. De komst van een pretpark zal ook een enorme verkeersdruk met zich meebrengen. Ook hier is het stadsbestuur niet consequent. Enerzijds het autoverkeer in de stad willen verminderen, maar anderzijds nieuwe automagneten bouwen, hoe valt dat te rijmen? En laten we ook niet vergeten dat dit pretpark gebouwd wordt in mogelijk overstromingsgevoelig gebied. Ook dat maakt de bouw op deze locatie onverantwoord.”
“Er zijn bovendien echt wel andere mogelijkheden”, vervolgt Tuypens. “Sport Vlaanderen ontwikkelt in samenwerking met Zemst en Boortmeerbeek een zwembadcomplex in Hofstade. Willebroek gaat ook samen met Sport Vlaanderen een nieuw zwembad bouwen. En er zijn nog meer steden en gemeenten die plannen hebben voor nieuwe, publieke zwembaden of al aan het bouwen zijn. Allemaal maken ze daarbij gebruik van de middelen die de Vlaamse regering daarvoor vrijmaakt. Waarom kiest Mechelen niet voor die weg? Wij blijven pleiten voor een publiek stedelijk zwembad op een andere locatie. De wijk Ragheno, die nog volledig ontwikkeld moet worden, kan wellicht mogelijkheden bieden.”