Stad van kinderen
“Een kindvriendelijke stad stemt haar beleidsvoering af op de noden en behoeften van kinderen”, zo zegt Unicef. Als snel groeiende centrumstad moet Mechelen kinderen dan ook beschouwen als volwaardige stadsgenoten. Onze Mechelse kinderen vormen een diverse groep, die het leven in de stad op een heel eigen manier ervaren. Ze moeten alle ruimte en mogelijkheden krijgen om jong en vrij te zijn. We willen daarom een stad met voldoende kwalitatieve kinderopvang, waar gezorgd wordt voor het welzijn van kinderen, waar de publieke ruimte kindvriendelijk is, waar een divers en laagdrempelig vrijetijdsaanbod is en waar er een constante dialoog is tussen kinderen en beleid.
Wat wij willen
Een. Een sterke stedelijke kinderopvang
- We bouwen de stedelijke kinderopvang uit met voldoende personeel en een goede infrastructuur.
- We zorgen voor een goede spreiding van de kinderopvang, ook in de dorpen.
- Kinderopvanginitiatieven krijgen ondersteuning bij het vinden van geschikte en betaalbare infrastructuur.
- We bieden een voorfinanciering voor inkomensgerelateerde plaatsen (IKT)
- We garanderen de toegankelijkheid van kinderopvang voor kwetsbare groepen.
- Kinderopvanginitiatieven krijgen ondersteuning bij het aanwerven van geschikt personeel.
- We bieden aanbieders van kinderopvang een kwalitatief vormingsaanbod voor hun medewerkers.
- Kinderopvang moet overal makkelijk bereikbaar zijn.
- De stedelijke kinderopvang richt zich uitdrukkelijk ook tot werkzoekende ouders en ouders die omwille van moeilijke omstandigheden nood hebben aan rust en ruimte.
Meer achtergrondinformatie
Kinderen tussen nul en zes jaar halen veel profijt uit een stimulerend aanbod van kinderopvang, zowel qua cognitieve ontwikkeling als op vlak van sociale vaardigheden en gezondheid. Als ze in hun prille levensjaren verstoken blijven van kwaliteitsvolle diensten, presteren zelfs de knapste kinderen beneden de middenmoot. Het is dan ook van groot belang om te investeren in een ruime en kwalitatieve Mechelse kinderopvang.
“Nergens in Vlaanderen is nood aan kinderopvang groter dan in Mechelen”, zo kopte Gazet Van Antwerpen in april 2022. Mechelen zet in op groei en trekt jonge gezinnen met kinderen aan. Maar jonge ouders vinden nauwelijks nog opvang vanaf het moment dat ze die nodig hebben. Ze moeten op zoek gaan naar tijdelijke oplossingen. Het tekort aan opvangplaatsen zorgt bovendien voor een grote administratieve druk bij de bestaande aanbieders, waardoor er minder ruimte is om in te zetten op ondersteuning op de werkvloer.
Mechelen heeft de voorbije jaren vooral gerekend op de ontwikkeling van private opvanginitiatieven en minder op de uitbreiding en versterking van de publieke kinderopvang. Het huidige tekort aan opvang toont aan dat dit niet de goede keuze is. Bij de private initiatieven zien we een groot verloop. De publieke kinderopvang biedt de beste garantie op een duurzaam en betaalbaar aanbod. Mechelen moet dan ook vooral inzetten op het uitbreiden en versterken van de stedelijke kinderopvang.
Inkomensgerelateerde plaatsen in de kinderopvang zijn van groot belang. Maar voor aanbieders van kinderopvang is het ontwikkelen van die IKT-plaatsen niet haalbaar zonder subsidies. Op die subsidies van de Vlaamse overheid is het soms lang wachten. Het stadsbestuur kan hier zorgen voor een voorfinanciering, wat aanbieders van kinderopvang kan motiveren om uit te breiden en nieuwe initiatieven kan aantrekken.
Het stadsbestuur heeft nog heel wat andere mogelijkheden om het uitbreiden van opvangplaatsen te faciliteren. Zo kan het ondersteuning bieden bij het vinden van betaalbare en geschikte infrastructuur of panden ter beschikking stellen aan een haalbare prijs. Bij nieuwe stadsontwikkelingsprojecten kan de kinderopvang betrokken worden om vanaf het begin mee na te denken over mogelijke ruimtes voor kinderopvang en ervoor te zorgen dat de huur of aankoop van die ruimtes haalbaar is voor een organisator van kinderopvang. Vanuit ruimtelijke ordening kan het mogelijk gemaakt worden om panden om te vormen tot kinderopvang (bijvoorbeeld een leegstaand appartementsgebouw omvormen tot een pand voor verschillende onthaalouders in werknemersstatuut). Geschikte panden kunnen onder de aandacht worden gebracht bij aanbieders van kinderopvang.
De nieuwe voorrangsregels die de Vlaamse regering voor de kinderopvang invoerde, zorgen ervoor dat aanbieders minder plaatsen kunnen voorbehouden voor kwetsbare gezinnen (10%). De toegang tot de kinderopvang wordt zo voor deze gezinnen beperkt. Dat is een nefaste evolutie. Onderzoek toont immers aan dat de positieve impact van kinderopvang het grootst is bij kwetsbare kinderen. Europa vraagt ook uitdrukkelijk om de toegankelijkheid van kinderopvang voor kwetsbare kinderen te verbeteren. Mechelen moet daarom extra inzetten op inclusieve projecten die kwetsbare gezinnen toegang tot de kinderopvang geven en voorfinanciering van dringende plaatsen.
Kinderopvang staat in heel Vlaanderen onder druk. Onder meer het vinden van geschikt personeel is een groeiende uitdaging. Het stadsbestuur kan ook daar een ondersteunende rol spelen. Het kan intekenen op Vlaamse of Europese projecten die inzetten op zij-instromers, innovatieve projecten onderzoeken om logistieke medewerkers en kinderbegeleiders op te leiden en te laten doorstromen naar de kinderopvang, en de samenwerking tussen Mechelse scholen en de sector te faciliteren.
Voor onthaalouders is een extra aanbod vanuit de stad wenselijk. Er kan geïnvesteerd worden in een vormingsaanbod en modules voor startende onthaalouders bij het volwassenenonderwijs. Gezien het aandeel gezinsopvang jaarlijks achteruit gaat, is het belangrijk om elke drempel om te starten weg te werken.
Kinderopvang mag ook niet uitsluitend gezien worden als een noodzakelijkheid voor werkende mensen. Ook de sociale en pedagogische waarde van kinderopvang moet mee gewaardeerd worden.
Er moet ook rekening gehouden worden met de bereikbaarheid van de kinderopvang voor de ouders en de medewerkers (circulatieplan).
Twee. Zorg voor het welzijn van kinderen
- De aanpak van kinder- en gezinsarmoede wordt een echte prioriteit.
- De fysieke en mentale gezondheid van onze kinderen staat voorop.
- Kinderen met een beperking krijgen alle nodige ondersteuning.
- We zetten in op aanpak en preventie van alle vormen van geweld op kinderen.
- We bieden kinderen op de vlucht gepaste zorg en ondersteuning.
Meer achtergrondinformatie
Het stadsbestuur beloofde in 2019 om tegen 2024 de kinderarmoede in Mechelen te halveren. Het was een van de grote speerpunten in het bestuursakkoord. Maar het bleek een loze belofte. Na zes jaar is het kinderarmoedecijfer voor Mechelen nagenoeg onveranderd gebleven. De aanpak van kinderarmoede is in onze stad dan ook ontoereikend gebleken. Het stadsbestuur heeft helaas niet de moed om dat toe te geven. In de gemeenteraad verklaarde burgemeester Somers dat het armoedebeleid prima is, maar dat armoede “een hardnekkiger probleem is dan gedacht”. Die struisvogelhouding helpt ons niet vooruit. Armoede aanpakken vraagt meer dan grote beloftes. De sociale diensten doen wat ze kunnen, maar beleidsmatig moet het beter.
Armoede beïnvloedt alle aspecten van het leven van kinderen en leidt vanaf de geboorte tot ongelijkheid die almaar moeilijker te overwinnen is naarmate de jaren verstrijken. Armoede ondermijnt de meeste kinderrechten, zoals het recht op gezonde voeding, het recht op gezondheid, het recht op huisvesting, het recht op onderwijs en het recht op een gezinsleven. Kortom, het recht op een waardig leven. Op een dieper niveau belet armoede kinderen om hun volledige potentieel te ontwikkelen. Kinder- en gezinsarmoede moeten dan ook een echte prioriteit worden, met voldoende structurele middelen.
In de gezondheidszorg bestaat nog altijd een grote ongelijkheid. Studies wijzen uit dat kinderen die opgroeien in een socio-economisch zwakkere omgeving het grootste risico lopen op gezondheidsproblemen, zowel fysiek als mentaal. Inzetten op een sterke eerstelijnszorg en preventie is dan ook belangrijk. Scholen, sportclubs, hobbyclubs, jeugdbewegingen, … spelen een belangrijke rol in het preventieve luik.
Het psychisch welzijn van kinderen is de sleutel tot een evenwichtige ontwikkeling waardoor ze hun volledige potentieel kunnen waarmaken. De helft van de psychische aandoeningen ontstaat vóór de leeftijd van 14 jaar. Veel kinderen weten nog altijd niet met wie ze kunnen praten wanneer ze slecht in hun vel zitten. Ze weten niet altijd via welk kanaal ze de juiste hulp kunnen vinden. En wanneer ze die vinden, is het niet ongebruikelijk dat ze ontmoedigd raken omdat de hulp niet op hen is afgestemd of omdat ze lang moeten wachten. Nochtans is de eerste fase waarin mentale gezondheidsproblemen ontstaan van cruciaal belang. Daarom moeten we eerst en vooral investeren in de preventie van mentale gezondheidsproblemen en gratis psychosociale ondersteuning van goede kwaliteit aanbieden, die makkelijk toegankelijk is en dicht bij de leefwereld van kinderen en jongeren staat.
Kinderen met een beperking hebben het recht om volop deel te nemen aan de samenleving en om aangepaste ondersteuning te genieten. Maar in de praktijk is hun inclusie nog lang geen vaststaand feit en ondervinden veel ouders moeilijkheden om een balans te vinden tussen hun professionele leven en de ondersteuning van hun kinderen.
De inclusie van kinderen met een beperking in het gewoon onderwijs is in België nog veraf. Er is meer ondersteuning nodig om schoolinfrastructuur en leerlingenvervoer aan te passen, alsook de plekken waar kinderen en jongeren hun vrije tijd doorbrengen.
Geweld tegen kinderen is nog lang niet uitgeroeid. Dit geweld kan meerdere vormen aannemen. Het kan gaan om fysiek, psychologisch en seksueel geweld. Kinderen kunnen ook het slachtoffer zijn van verwaarlozing door volwassenen, hun eigen familie of instellingen. Dit geweld is altijd onaanvaardbaar en schendt de rechten van kinderen.
Bijzondere aandacht is ook nodig voor kinderen op de vlucht. Ze dragen vaak een zware rugzak met zich mee. Hun situatie is complex, waardoor het erg moeilijk is om hen sociaal te ondersteunen. Deze kinderen staken grenzen over, vaak met gevaar voor eigen leven, en kregen te maken met gewelddadige netwerken van mensensmokkelaars. Hun vlucht was lang en gevaarlijk, vaak verloren ze onderweg dierbaren, zagen of ondergingen ze geweld, scheidingen, uitbuiting en werden ze aan hun lot overgelaten. Deze beproevingen drukten een stempel op wie ze zijn. Wat ze hebben meegemaakt, leidde vaak tot diepe trauma’s waarop moeilijk een passend antwoord te vinden is. Het is van cruciaal belang om alle kinderen die op de vlucht zijn betere mentale gezondheidszorg te bieden door hen makkelijker toegang te verlenen tot psychologen, psychiaters en gespecialiseerde therapeuten.
Drie. Vrije tijd en publieke ruimte
- Vrijetijdsbesteding en publieke ruimte zijn voor alle kinderen toegankelijk.
- In alle wijken en dorpen wordt voldoende speelruimte voorzien.
- Op de pleinen in heel de stad wordt een breed, laagdrempelig en gratis speelaanbod voorzien.
- Jonge animatoren nemen, in samenwerking met professionele jeugdwerkers, de verantwoordelijkheid voor hun buurt.
- Jeugdbewegingen krijgen de nodige ruimte en ondersteuning.
- Zeldzame stukjes natuur in onze stad worden volledig bewaard en beschermd.
- Kinderen hebben recht op sportinfrastructuur in de buurt.
- Het cultuuraanbod moet aansluiting zoeken bij de leefwereld van kinderen.
- We voeren de talententickets opnieuw in.
Meer achtergrondinformatie
Kinderen hebben gezonde en toegankelijke ruimtes nodig om zich te ontspannen. Voor de Wereldgezondheidsorganisatie behoren groene ruimtes zelfs tot de sociale gezondheidsdeterminanten. Contact met de natuur, buitenlucht, planten, bomen en activiteiten in een aangename omgeving zijn belangrijk voor het welzijn van kinderen. Dat klinkt allemaal vanzelfsprekend, maar in de praktijk zijn die gezonde en toegankelijke ruimtes vaak schaars.
Behalve op school en thuis brengen kinderen ook een groot deel (zelfs het merendeel) van hun tijd door in de openbare ruimte. Op openbare plekken ontmoeten ze elkaar, spelen ze, sporten ze of rusten ze uit. Daarom zijn deze plaatsen belangrijk voor het recht op vrije tijd. Maar kinderen spelen steeds minder buiten. De stedelijke ruimte wordt steeds meer verlaten door kinderen. Om buiten te spelen moeten er in de stad voldoende ruimtes worden voorzien waar kinderen zich welkom voelen. De organisatie van een wijk, de dichtheid ervan, de verkeersvrije oppervlakte, de staat van de bebouwing en de openbare infrastructuur hebben een impact op de speelmogelijkheden van kinderen, net zoals het sociale en veiligheidsklimaat in wijken. Door ruimte in te richten voor kinderen en jongeren in het hart van steden en wijken kunnen kinderen naar buiten komen, elkaar ontmoeten en in alle veiligheid genieten van hun vrije tijd.
Bij de ontwikkeling van de publieke ruimte moeten de wensen en noden van kinderen en jongeren dan ook alle aandacht krijgen. Er moet gezorgd worden voor speelplekken, plekken om elkaar te ontmoeten, om rond te hangen, ... Kinderen moeten zich overal thuis en veilig voelen: op straat, op pleinen, in de parken, ...
Om voldoende speelruimte te kunnen aanbieden, moet niet altijd gebouwd worden. Door het openstellen van buurtscholen kunnen ook heel wat mogelijkheden gerealiseerd worden.
De invulling van vrije tijd is van groot belang om het stadsleven voor kinderen en jongeren tot een positieve en verrijkende ervaring te maken. Het stadsbestuur moet instaan voor een rijk en gevarieerd aanbod aan activiteiten, waarin rekening wordt gehouden met de diverse achtergronden van de Mechelse kinderen en jongeren. In het bijzonder moet daarbij aandacht besteed worden aan de toegankelijkheid voor kinderen uit financieel zwakkere gezinnen. Ongelijkheid belemmert sterk de toegang van kinderen tot activiteiten. Voor kinderen in een kwetsbare situatie zijn er tal van hindernissen – sociale, financiële en mobiliteitsproblemen – die het voor hen onmogelijk maken om volop van culturele, sport- en vrijetijdsactiviteiten te genieten.
Vier. De stem van onze kinderen telt mee
- Ook kinderen worden meegenomen bij inspraak- en participatie.
- Er worden overlegstructuren opgezet op maat van kinderen.
- Kinderen worden actief aangemoedigd om deel te nemen aan inspraak, participatie en overleg.
Meer achtergrondinformatie
Kinderen hebben het recht om gehoord te worden in alle beslissingen die hen aanbelangen. Dat is bepaald in het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind. Door kinderen de kans te geven om zo jong mogelijk hun kritische geest te ontwikkelen, democratisch in dialoog te gaan, en door voor hen echt ruimte voor participatie te creëren, kunnen zij hun steentje bijdragen aan een samenleving die solidair is en achter mensenrechten staat.
Kinderen en jongeren worden steeds mondiger. Ze hebben een mening en maken die ook graag kenbaar. Een stadsbestuur dat kinderen en jongeren ten volle waardeert, neemt hun mening ernstig en houdt er ook daadwerkelijk rekening mee. Er moet geïnvesteerd worden in overlegstructuren waarin kinderen een actieve en kritische rol kunnen en mogen spelen: kinderraad, wijkraden, scholen, jeugdwerkingen, jeugdbewegingen...kunnen actief betrokken worden bij de vormgeving van het beleid voor kinderen. In alle wijken en deelgemeenten moeten kinderen aanspreekpunten hebben om duidelijk te maken welke voorzieningen en activiteiten zij nodig hebben.
Participatie van kinderen begint door hen gerichte informatie te bezorgen die op hun leeftijd is afgestemd. Kinderen moeten begrijpen hoe belangrijk hun participatie is en welke impact ze ervan kunnen verwachten. Bovenal telt natuurlijk dat hun participatie wordt gevolgd door concrete resultaten en dat de stem van kinderen ook echt wordt gehoord. Het is daarom essentieel om kinderen al op heel jonge leeftijd te informeren en voor te lichten over hun rechten, met passende inhoud. Want een goede kennis van kinderrechten bevordert hun toepassing.
Om een goede praktijk van inspraak en participatie mogelijk te maken, is het ook van belang dat kinderen vertrouwd zijn met de wereld van de politiek en omgekeerd. Door meer in contact te komen, via de school en op plaatsen buiten de school, kunnen we de nieuwsgierigheid langs beide kanten prikkelen.
Vijf. De scholen versterken
- We ondersteunen alle welzijnsinitiatieven die ondersteuning bieden aan kinderen die omwille van psychosociale en/of precaire thuissituaties moeilijk tot leren komen.
- Via een intensievere samenwerking tussen scholen, stad, Sociaal Huis en het Huis van het Kind versterken we de hulp aan leerlingen en studenten in precaire omstandigheden.
- We organiseren een inschrijvingsbeleid dat elk kind een plaats garandeert in een gemakkelijk toegankelijke, sociaal gemengde school.
- We zorgen voor gezonde voeding op school.
- We nemen taalondersteunende initiatieven om de onderwijskansen van anderstalige leerlingen en studenten te versterken.
- We zetten verder in op de Zomerscholen, met een focus op taalverwerving.
- We zorgen voor een ruim aanbod van sport en cultuur in de scholen.
- Via de scholen versterken zorgen we ervoor dat kinderen en goede kennis krijgen over de rechten van kinderen.
- Zie ook het hoofdstuk onderwijzende stad
Meer achtergrondinformatie
Het onderwijs in België behoort nog altijd tot een van de meest ongelijke onderwijssystemen van de OESO-landen: de socio-economische status van leerlingen bepaalt in grote mate hun slaagkansen op school en dus ook hun kansen op sociale emancipatie. Deze ongelijkheid gaat vooral ten koste van kinderen uit sociaal en economisch kwetsbare gezinnen en kinderen met een migratieachtergrond. Ze krijgen te maken met obstakels die ertoe leiden dat ze slechte schoolresultaten halen, overmatig doorverwezen worden naar technische en beroepsopleidingen of buitengewoon onderwijs, uitvallen op school, geschorst worden of uiteindelijk geen diploma behalen. In het flankerend onderwijsbeleid van de stad moet voluit ingezet worden op het wegwerken van elke ongelijkheid. De stad moet scholen voluit ondersteunen in het opsporen en aanpakken van kinderarmoede, schooluitval, schoolmoeheid, taalachterstand, het watervalsysteem.