Skip to content

Schriftelijke vraag: Kazerne Dossin en Brigitte Herremans

Schriftelijke vraag: Kazerne Dossin en Brigitte Herremans
 
 

Op 12 december zou Midden-Oosten-experte Brigitte Herremans in Kazerne Dossin de prijs van “Ambassadeur van de Vrede” uitgereikt krijgen door Pax Christi. Op het allerlaatste moment werd Herremans de toegang tot het museum ontzegd. Haar komst zou binnen de Joodse gemeenschap voor al te veel commotie zorgen, zo verklaarde Kazerne Dossin. De PVDA diende hierover een schriftelijke vraag in.

Het incident lokte heel wat verontwaardigde reacties uit. Herman Van Goethem, voormalig directeur van het museum en memoriaal, noemde de beslissing “irrationeel en ongehoord”. Auteur Ludo Abicht stelde het nog scherper: “Wat een kleine groep hier doet, is antisemitisch. De steun van de doorsnee burger voor de Joodse gemeenschap zal hierdoor niet groeien.”

Collega’s van Herremans, werkzaam bij Israëlische mensenrechtenorganisaties, schreven een gezamenlijke steunbetuiging. Daarin lezen we: “De gedachten en woorden van Herremans zijn in Palestina en Israël even belangrijk als in Europa. Ze zijn essentieel om een politiek beladen onderwerp te matigen en ons te helpen om inclusieve gemeenschappen te bouwen waar multiculturalisme welkom is en kan openbloeien.”

Dat Kazerne Dossin voor Mechelen een grote betekenis heeft, daarover bestaat geen enkele twijfel. Het stadsbestuur beschouwt het museum en memoriaal terecht als een landmark. Niet alleen omwille van het historisch belang, maar ook omdat Mechelen een stad wil zijn waar haat, discriminatie, antisemitisme en islamofobie geen plaats hebben. Het incident rond Brigitte Herremans is dan ook voor de stad een pijnlijke zaak.

Tot vandaag heeft het stadsbestuur hierover nog niets publiekelijk gecommuniceerd, wat toch wel bijzonder opmerkelijk is. Titelvoerend burgemeester Bart Somers maakt deel uit van de raad van bestuur van kazerne Dossin en heeft in het verleden herhaaldelijk naar deze symbolisch gewichtige plek verwezen om het belang van een inclusieve samenleving te benadrukken. Noch meneer Somers noch burgemeester Vandersmissen of iemand van de huidige meerderheid heeft het incident met mevrouw Herremans publiekelijk veroordeeld. Titelvoerend eerste schepen Calvo zei in de gemeenteraad van december, na een interventie vanuit de oppositie, dat er beter geen commotie bovenop de al bestaande commotie kon worden gegooid. Een antwoord dat behoorlijk ontwijkend klinkt.

Historicus Bruno De Wever wees ondertussen onverbloemd op de kern van het probleem: “In het dagelijks bestuur zitten twee prominente leden van de Joodse Gemeenschap, André Gantman en Claude Marinower, die allebei de conservatieve stroming binnen die Joodse Gemeenschap vertegenwoordigen. Die zijn bijzonder onkritisch tegenover Israël. En ik stel vast dat die twee heren hun eigen politieke opvattingen hebben laten primeren op het belang van de instelling. Dat is zeer problematisch. Als meneer Gantman daar partisane standpunten gaat innemen, heb je als Vlaamse overheid een probleem. Alle ellende die sinds die benoeming ontstaan is, ook het ontslag van directeur Christophe Busch, hangt samen met de drijverijen van meneer Gantman en meneer Marinower.”

Als lid van de wetenschappelijke raad is meneer De Wever goed geplaatst om de situatie juist in te schatten. Hij en andere leden van de wetenschappelijke raad dreigden met ontslag omwille van de recente gang van zaken.

Ook binnen de Joodse gemeenschap klinken bezorgde stemmen. Emmanuel Stein van Een Andere Joodse Stem zegt: “We mogen niet toelaten dat elke kritische stem over Israël-Palestina het zwijgen wordt opgelegd onder het mom van ‘antisemitisme’. Die gevaarlijke tendens ondermijnt de fundamenten van onze democratie, beknot de vrijheid van meningsuiting. Het is cruciaal dat politici, middenveldorganisaties en overheidsinstellingen in ons land het verschil maken tussen kritiek op Israël en antisemitisme. Ze mogen zich niet onder druk laten zetten door (al dan niet) prominente leden van Joodse gemeenschappen of andere instanties. Antisemitisme moet met man en macht worden bevochten. Maar kritische stemmen monddood maken, daar doen wij niet aan mee.”

Het mag duidelijk zijn dat binnen Kazerne Dossin een strekking overheerst die niet in overeenstemming is met de bestaansreden en doelstellingen van Kazerne Dossin. Het museum en memoriaal is opgericht als museum over de Holocaust én als plaats waar mensenrechten en schendingen daarvan een centrale plaats krijgen. In de huidige constellatie kan Kazerne Dossin onmogelijk voldoen aan zijn opdracht.

 

Graag een antwoord op volgende vragen:

Wat is het standpunt van het stadsbestuur met betrekking tot het incident met mevrouw Brigitte Herremans?

Hoe beoordeelt het bestuur de interne crisis die bij Kazerne Dossin heerst? Kan het zich vinden in de kritieken van Herman Van Goethem, Ludo Abicht, Bruno De Wever en Emmanuel Stein?

Waarom heeft het stadsbestuur hier publiekelijk niets over gecommuniceerd?

Is hierover intern overleg geweest met Kazerne Dossin?

Hoe ziet het stadsbestuur in het licht van dit incident de verdere samenwerking met Kazerne Dossin?

 

Antwoord van de stad:

Het schepencollege heeft beslist om op korte termijn een overleg te organiseren met de raad van bestuur van Kazerne Dossin. We hebben de voorzitter van de raad van bestuur inmiddels reeds een uitnodiging bezorgd. Dit museum van de Vlaamse gemeenschap is een uniek en authentiek Mechels gegeven. Het is een van de waardevolste plekken, zowel op het gebied van cultureel erfgoed en toerisme als op gebied van stadsontwikkeling in de breedste betekenis van het woord. Tot nog toe is de samenwerking tussen het stadsbestuur en Kazerne Dossin altijd bijzonder vlot en constructief verlopen. Wij willen dit momentum aangrijpen om onze samenwerking te verduurzamen en nog verder te verfijnen.