Motie huurprijzen sociale huisvesting

Motie huurprijzen sociale huisvesting

11 maart 2020

 Vanaf dit jaar wordt de huurprijs van sociale woningen op een nieuwe manier berekend. Marktwaarde, inkomen van alle gezinsleden en energiecorrectie zijn elementen die voortaan mee de huurprijs bepalen. Een ruime meerderheid van sociale huurders betaalt nu aanzienlijk meer huur. Onrechtvaardig en asociaal, zegt de PVDA. De Vlaamse regering zoekt het geld opnieuw bij mensen met een kleine financiële draagkracht. Op de gemeenteraad van 2 maart dienden we een voorstel van motie in.

In Mechelen betaalt ongeveer 75% van de sociale huurders vandaag een hogere huurprijs (wat overeenkomt met de cijfers voor heel Vlaanderen). Ogenschijnlijk kan het daarbij om kleine bedragen gaan, maar voor mensen met kleine inkomens zijn deze bedragen allerminst nietig.

De PVDA heeft zich van meet af aan verzet tegen de nieuwe huurprijsberekening. Het is niet billijk dat opnieuw mensen met de kleinste financiële draagkracht aangesproken worden om extra te betalen.

Over de nieuwe huurprijsberekening is in heel wat steden en gemeenten gedebatteerd. Dat heeft op een aantal plaatsen geleid tot een motie van de gemeenteraad waarin bezorgdheid wordt geuit en de Vlaamse regering gevraagd wordt de regeling te herzien of bij te sturen.

De PVDA stelt voor dat ook de Mechelse gemeenteraad hierover een motie richt tot de Vlaamse overheid.


Voorstel van motie:

De Mechelse gemeenteraad wil ten aanzien van de Vlaamse Regering haar bezorgdheid uiten over de hervorming van de sociale huurprijzen die vanaf 1 januari 2020 van kracht is. Marktwaarde, inkomen van alle gezinsleden en energiecorrectie zijn elementen die voortaan mee de huurprijs bepalen.

Uit de cijfers die door de bevoegde minister ter beschikking werden gesteld, blijkt dat zo’n 75% van de sociale huurders sinds begin dit jaar meer huur betaalt. De prijsstijgingen zijn uiteenlopend, maar hebben voor al deze sociale huurders een niet te miskennen impact. Het Vlaams Huurdersplatform, de Huurdersbond en VIVAS schrijven: “Misschien lijkt 25 of zelfs 50 euro per maand extra niet veel voor onze beleidsmakers, maar voor sociale huurders is dit een stevige streep door de rekening. We vrezen dan ook dat de betaalbaarheidsproblemen nog meer zullen toenemen.” Die betaalbaarheidsproblemen moeten dan bovendien door de lokale besturen opgevangen worden.

Het blijkt ook dat huurders voor een gelijkaardige woning sterk uiteenlopende prijzen betalen, afhankelijk van de ligging. Dit omdat de sociale huurschatter gebaseerd wordt op de huurschatter voor private huurwoningen. De berekening van de marktwaarde van een sociale woning is zo gekoppeld aan dynamieken op de private markt, wat niet wenselijk is. De berekening van de marktwaarde van een sociale woning moet bepaald worden aan de hand van objectieve kwaliteitscriteria die uitsluitend met de woning zelf te maken hebben.

Dat het inkomen van inwonende volwassen kinderen met een beperking niet meer wordt meegerekend, is een stap vooruit. Maar ook het meerekenen van andere, vaak precaire inkomens, is zorgwekkend en kan de familiale solidariteit ondermijnen.

Sociaal, betaalbaar en kwaliteitsvol wonen is een basisrecht. Dat recht moet voor iedereen gegarandeerd worden, ook voor de zwaksten in onze samenleving. Daarom moet er geïnvesteerd worden in voldoende aanbod van betaalbare sociale huurwoningen. De middelen daarvoor moeten niet gezocht worden bij groepen met de minste draagkracht.

De gemeenteraad dringt aan op een snelle en grondige evaluatie van de reële impact van de nieuwe huurprijsberekening en vraagt de Vlaamse regering een huurregeling uit te werken met respect voor de draagkracht van de sociale huurders.

 

Het voorstel werd gesteund door sp.a

Stadslijst, CD&V, N-VA en VB stemden tegen

Een vlog over deze motie kan je hier vinden.

(Foto Facebookpagina Woonpunt)